De opgave voor Rotterdamse haven kent een enorme omvang. Voor kenners van de haven was 30 jaar geleden al bekend dat deze uitdaging zich zou aandienen. De bouw door Shell van de grootste waterstoffabriek van Europa op Maasvlakte-2 wordt gezien als een schoolvoorbeeld van succesvol transitiedenken en doen, maar als deze fabriek straks in bedrijf is zal deze slechts in 20% van de waterstofbehoefte van de eigen raffinaderij kunnen voorzien. Geerlings stelt de vraag hoe het toch kan dat een haven die zo afhankelijk is van energie en al jarenlang financieel-economisch uitermate goed presteert, tot op heden zo weinig kracht weet te mobiliseren om haar eigen toekomstige businessmodel zeker te stellen.
Minder gemeenschapsgevoel
Als verklaring geef hij aan dat de afgelopen vijftien jaar het gemeenschapsgevoel, waar Rotterdam traditioneel zo in uitblonk, langzaam aan het verdwijnen is. Hij neemt waar dat de sleutelactoren steeds minder op het collectief zijn gericht, maar vrijwel alleen nog oog hebben voor de eigen prestaties. De haven en stad zijn langzaam uit elkaar gegroeid. Het Havenbedrijf Rotterdam is in woord en daad de belangrijkst initiator van duurzaamheidsprojecten als Porthos en walstroom, terwijl het bedrijfsleven toekijkt. De vakbonden lijken het borgen van de arbeidsvoorwaarden het belangrijkste aandachtspunt te vinden. En veel tijd is er niet meer. De verandering zal daarom komen van de Europese Unie die met een reeks van dwingende maatregelen de noodzakelijke ombouw zal afdwingen.Nu aan de slag om voor te blijven
Wil de Rotterdamse havengemeenschap ook in de toekomst een rol van betekenis blijven spelen dan moet zij nu concreet aan de slag. Dat vraagt nieuw elan en de wil om er samen wat van te maken Geerlings presenteert vijfhefbomen die voor Rotterdam het verschil kunnen maken. Iedereen zal een bijdrage moeten leveren om de transitie daadwerkelijk vorm te geven. De haven is nog steeds een dynamisch organisme en het ideaal van een florerende haven wordt ook nog steeds breed gedeeld. Nu is het zaak dat waar te maken stelt hij in zijn afscheidsrede ’Een haven geeft altijd gedoe’.
Harry Geerlings
- Erasmus School of Social and Behavioural Sciences