Hoe zorgen we ervoor dat we plastic verpakkingsmateriaal opnieuw kunnen gebruiken? Of hoe kunnen kleurstoffen in PET-flessen hergebruikt worden en bijdragen aan het streven om plastics circulair te maken? Twee onderzoeksprojecten binnen de groep Inorganic Chemistry & Catalysis van de Universiteit Utrecht gaan van start in Plastics circulair maken: technische innovaties, een onderdeel van het Nationaal Groeifondsprogramma Circular Plastics NL. Er is zes miljoen euro verdeeld over, in totaal, tien projecten en alle onderzoeken duren vijf jaar.
Momenteel recyclen we vijftien procent van de één miljoen ton plastics die we in Nederland jaarlijks afdanken. In 2030 wil Nederland dat we vijftig procent van alle plastics recyclen en in 2050 moet er een volledig circulaire plastics keten zijn. Met het Nationaal Groeifondsprogramma Circular Plastics NL investeert de overheid in de knelpunten om de kringlopen voor bestaande plastics te sluiten, de Nederlandse economie duurzame groeikansen te bieden en met subsidies de transitie te versnellen.
Lees hieronder meer over de gehonoreerde onderzoeksprojecten van de Universiteit Utrecht:
Dit project heeft tot doel nieuwe technologieën te ontwikkelen en te gebruiken om anorganische en organische kleurstoffen terug te winnen uit polyesters, in het bijzonder polyethyleentereftalaat (PET) recyclestromen, en deze kleurstoffen te hergebruiken om gerecycled PET-materialen te synthetiseren. De focus zal liggen op veelgebruikte kleurstoffen in PET-flessen, die commercieel interessant zijn. Het terugwinnen en hergebruiken van dergelijke kleurstoffen kan echter alleen goed worden gerealiseerd als hun zuiverheid en stabiliteit zijn gegarandeerd.
Het consortium bestaat uit CuRe Technology, Holland Colours en Universiteit Utrecht.
Om meer plastic te kunnen recyclen, zijn nieuwe technologieën nodig die een product van hoger kwaliteit opleveren. Chemische transformaties zijn veelbelovend, maar die sterke bindingen in polyolefine plastics vragen voor hoge temperaturen waardoor controle over de transformaties moeilijk is en een product van lage waarde ontstaat. Met een interdisciplinair consortium van polymeer, katalyse, pyrolyse, extrusion en proces evaluatie experts gaan wij in dit project lagere temperaturen voor de transformatie mogelijk maken door gebruik van mechanische krachten in een extruder in verbinding met katalyse. Daardoor wordt betere controle over de transformaties bereikt en chemicaliën zoals de bouwblokken voor nieuwe plastics gemaakt.
Het consortium bestaat uit: Carboliq, Coperion, Ruhr University, Universiteit Maastricht en Universiteit Utrecht.