’De techniek voor deze website kun je ook gebruiken bij andere projecten’

- EN- NL
Timothy Price, universitair docent Geowetenschappen, laat zien hoe de metalen ho
Timothy Price, universitair docent Geowetenschappen, laat zien hoe de metalen houder voor de telefoon eruit ziet
Voor het project CoastSnap maken willekeurige strandgangers foto’s van de Nederlandse kust. Die ’snaps’ gebruiken Utrechtse geowetenschappers om te onderzoeken hoe de kustlijn verandert. RDM Support hielp de onderzoekers met de bouw van een slim online platform waar deelnemers hun foto naartoe sturen. Wie nu een foto uploadt, ontvangt meteen een geanalyseerd beeld terug op z’n mobiel.

Langs de kust van Noord-Holland staan vijf meetpunten van CoastSnap. Zo’n meetpunt is verrassend simpel: het bestaat uit een houten paal met een metalen houder erop. Wanneer je mee wilt doen aan het onderzoek, dan scan je de QR-code bij de paal. Vervolgens plaats je je telefoon in de houder. De foto die je via CoastSnap maakt, wordt automatisch en anoniem verstuurd naar de onderzoekers.

"Hoe meer foto’s we van een bepaalde plek hebben, hoe beter we begrijpen hoe die kustlijn in de loop van de tijd verandert", vertelt onderzoeker Timothy Price , die het project leidt. "Je moet je voorstellen dat er elke dag veel sediment aanspoelt vanuit de zee - zand, kleine steentjes en schelpen. Tegelijkertijd vindt er erosie plaats: de kust brokkelt af, bijvoorbeeld bij storm. De vraag is dus: komt er op lange termijn meer kust bij, of verdwijnen de duinen langzaam in het water? Dat is belangrijk om te onderzoeken. Zeker nu de zeespiegel stijgt."

Foto’s van de kust

CoastSnap is een wereldwijd onderzoeksproject, waar ’gewone burgers’ aan bijdragen. Het is bedacht door wetenschappers van de University of New South Wales in Australië. In ons land plaatsten kustwetenschappers van de Universiteit Utrecht meetpunten in Egmond aan Zee, Noordvoort (tussen Noordwijk en Zandvoort), op Texel, en twee punten in Petten.

Tot 2021 stond er alleen nog maar een paal in Egmond, vertelt onderzoeker Math van Soest. De faculteit Geowetenschappen vroeg hem om CoastSnap uit te breiden én te verbeteren. "Die ene paal had nog geen handig geautomatiseerd systeem met QR-code. Mensen moesten handmatig hun gemaakte foto opsturen naar een e-mailadres. En wij verwerkten die foto’s één voor één in de database. Een behoorlijke klus."

Bovendien kregen deelnemers alleen een automatische reply op hun inzending. "Daarna hoorden ze nooit meer iets. Weinig interactie dus - dat vond ik jammer. De drempel om zelf een foto te e-mailen bleek vrij hoog: we kregen maar weinig beelden binnen."



Er zijn nu al bijna 2.000 inzendingen, en dat aantal blijft groeien.

CoastSnap 2.0

Dat moest slimmer kunnen, vonden de wetenschappers. Zo ontstond het idee om een ’CoastSnap 2.0’ te ontwikkelen, waarbij je via een QR-code meteen op een website komt waar je de foto kunt maken en versturen. "Je krijgt dan ook meteen het geanalyseerde beeld terug op je telefoon. In dat beeld heeft de computer de foto ’omgeklapt’, zodat het een satellietfoto lijkt die van boven is genomen. Daarop staat een rode streep die precies aangeeft hoe de waterlijn op dat moment loopt. Zo zie je bijvoorbeeld door de tijd heen de verschillen tussen eb en vloed."

Samenwerking

De technische ontwikkeling van ’CoastSnap 2.0’ blijkt niet zo makkelijk als Van Soest en Price dachten. Via de IT-experts van hun faculteit komt het duo in contact met RDM Support. "Zelf doen we binnen ons onderzoek ook best wat programmeerwerk", zegt Van Soest. "Maar we hebben geen ervaring met websites opzetten of het bouwen van online foto-uitwisselstructuren."

Casper Kaandorp  en zijn collega Jelle Treep  van RDM Support zijn meteen enthousiast over het plan van de kustonderzoekers. Samen gaan ze aan de slag: Van Soest buigt zich over de programmeercode voor de kustlijnfoto’s, Kaandorp werkt aan het online platform voor foto-inzendingen. "We belden elkaar regelmatig. Vaak trokken we samen een sprintje en verzetten we in een paar dagen veel werk."


Onderhoud in eigen handen

RDM Support richtte het systeem zó in, dat de onderzoekers het zelf kunnen onderhouden en uitbreiden. "We kunnen zelf de teksten en afbeeldingen aanpassen", zegt Price. "En als we in de toekomst nieuwe locaties zouden willen toevoegen, kunnen we dat ook zonder hulp doen. Wel zo praktisch."

Misschien wel het mooiste, vult Van Soest aan, is dat de techniek voor de website in de toekomst ook kan worden gebruikt bij andere projecten. "Alles waarbij je data wilt verzamelen met foto’s op locatie - en waarbij je meteen een bewerkte foto terug wilt geven - is mogelijk. Denk bijvoorbeeld aan tellingen van mensen op het strand, zodat je kunt zien hoe druk het is. En er bestaan ook technieken om via foto’s gevaarlijke zeestromingen voor zwemmers te ontdekken."

Ruim 2.000 inzendingen

Sinds de nieuwe palen met ’CoastSnap 2.0’ op de locaties staan, is het aantal ingezonden foto’s geëxplodeerd. "Er zijn nu al bijna 2.000 inzendingen, en dat aantal blijft groeien", zegt Price verheugd. Sterker nog: op de dag dat Van Soest bezig is een nieuwe paal te plaatsen, wordt daar meteen al gebruik van gemaakt. "Ik liep even naar de auto om mijn meetapparatuur te pakken, en toen ik terugkwam zag ik een man staan die bezig was een foto te maken. Op mijn telefoon kon ik zien hoe de inzending live binnenkwam in onze database."

Zo’n directe terugkoppeling motiveert mensen om mee te doen, zegt Van Soest. "Het is een klein cadeautje voor je bijdrage. Op de website kun je ook meer leren over de locatie: wat voor interessants gebeurt daar met het landschap? Zo hopen we deelnemers niet alleen te betrekken bij het inwinnen van data, maar ook te interesseren voor ons onderzoek naar de Nederlandse kust."

Met het oude systeem kreeg het team zo’n twee foto’s per week binnen. "Moet je nagaan: in Petten kregen we op de eerste dag al 20 foto’s. Terwijl die paal in Egmond op de boulevard staat. En neem de paal op Texel. Die staat op een rustige plek waar alleen af en toe mensen de hond uitlaten, of vogels spotten. Maar zelfs daar worden meer foto’s gemaakt dan vroeger in Egmond."



De bedenker van het project zei: de manier waarop jullie werken, dat is de heilige graal van hoe wij het project oorspronkelijk voor ogen hadden.

De heilige graal

CoastSnap is een goed voorbeeld van citizen science - het betrekken van niet-wetenschappers bij academisch onderzoek. "Het idee daarvan is dat je een wisselwerking teweegbrengt", vertelt Van Soest. "Ofwel, dat de kennis twee kanten op gaat. Deelnemers helpen niet alleen de wetenschap, ze hebben er zelf ook wat aan. Het gaat dus niet alleen om data verzamelen. Want dan kun je in principe ook gewoon een webcam ophangen. Ons systeem is goedkoper én interactiever."

Bovendien bieden projecten als CoastSnap wetenschappers de mogelijkheid om relatief goedkoop én op verschillende locaties data te verzamelen. "Je kunt zo meer uit je onderzoek halen, zonder dat het veel geld hoeft te kosten", zegt Van Soest. "Dat wil ik graag meegeven aan collega’s: het kan veel opleveren om eens samen met de specialisten van RDM Support na te denken over creatieve manieren van dataverzameling. Zij hebben het ons mogelijk gemaakt om deze nieuwe, interactieve manier van onderzoek in de praktijk te brengen. Dat was ons op eigen houtje echt niet gelukt."

Onlangs presenteerden de Nederlandse onderzoekers hun werk aan het Australische team dat CoastSnap bedacht. "Zij waren erg te spreken over hoe wij het project hebben uitgebreid. De bedenker van het project zei: hoe jullie het doen, dat is de heilige graal van hoe we het project oorspronkelijk voor ogen hadden. Dat is natuurlijk een groot compliment."